
De nabijheid van naburige huizen dwong de architecten een systeem van vides, diepe ramen en patio's in te bouwen, waardoor de binnen- en buitenruimten visueel verenigd werden en de privacy van de klanten voor nieuwsgierige blikken werd afgeschermd.
De plaatselijke bouwvoorschriften betreffende de grootte van de fundering en de hoogte van het gebouw bepaalden het totale volume. Als je mentaal alle leegtes, veranda's en patio's invult, krijg je een eenvoudige prismatische ruimte…
Het middelpunt van de architectuur is de patio, die niet alleen de twee niveaus verbindt via de centrale trap, maar ook de hele indeling coördineert. Compacte ruimtes – badkamers, bergingen, toiletten – zijn langs de noordelijke gevel uitgelijnd en vormen een brede ruimte met een hoog isolatieniveau.
Tegelijkertijd maakte deze oplossing een vermindering van de lengte van de draagbalken mogelijk en bijgevolg een vereenvoudiging van de huisstructuur en een vrijere indeling van de ruimte. In langsaanzicht zijn alle kamers met elkaar verbonden door lege volumes.
Gezien de gegeven kenmerken is het huis vrij typisch voor dit gebied. Toch was de volumeverhouding zodanig dat de architecten een meer open ontwerp met een groter aantal functies konden creëren.
De interne structuur is gebaseerd op een longitudinaal-transversale indeling van identieke kamers, waaronder een woonkamer, slaapkamers, studio en keuken. Ze zijn allemaal gelijkwaardig en verwisselbaar, afhankelijk van de behoeften van de eigenaar.








Foto's: Joaquín Mosquera.